28.
liedje van verlangen
laat me in de holte van jouw oksel
voorbij de voorttikkende tijd
eenheid en versmelting voelen
als vastberaden eeuwigheid
laat me tasten in het duister
elke liefgeworden plek
kus met ingehouden adem
zacht het kuiltje in mijn nek
laat me ruiken al jouw geuren
offer van immens formaat
even nog alleen met jou zijn
in stilte die de storm verslaat
laat me nog een keer in de waan zijn
van niets dan enkel jij en ik
lieg desnoods maar laat ons een zijn
alleen nog maar dit ogenblik
|